Parijs, Bibliothèque Nationale, ms fr. 1586, f. 103r (detail)

Meester van de Remède de la Fortune

Vlaams boekverluchter, werkzaam te Parijs rond 1350. Ontleent zijn naam aan een tekst van Guillaume de Machaut met deze titel die hij heeft verlucht (voorheen ook genaamd: de Meester van Guillaume de Machaut). Deze tekst maakt onderdeel (f. 23r-58v) uit van een handschrift, thans bewaard te Parijs, Bibliothèque Nationale , Ms fr 1586.

Parijs, Bibliothèque Nationale, ms fr. 1586, f. 23: Guillaume Machaut bij het kasteel van zijn dame

Deze artiest verkende al vroeg de mogelijkheden en grenzen van de ruimtesuggestie op het platte vlak. Zijn werk is baanbrekend door de landschappen en door de architecturale constructies en interieurs die op een verrassend coherente wijze diepte weergeven.

Avril 1978, nr. 21 noemt de daar afgebeelde miniatuur uit het missaal van Saint-Denis (Londen, Victoria and Albert Museum), waarbij ondanks de perspectivische onvolkomenheden in het kerkinterieur blijk wordt gegeven van een belangstelling voor ruimtelijke weergave die bij Jean Pucelle en zijn navolgers ontbrak, een van de meest gedurfde miniaturen sinds Pucelle’s Getijdenboek van Jeanne d’Evreux.

De natuur is bovendien bezaaid met herkenbare gewassen en bevolkt met allerlei dieren die een levendig karakter in de hand werken. De personages dragen een zeer gevarieerde eigentijdse kledij.

De stijl van de Meester van de Remède de la Fortune en zijn medewerkers was voor de Parijse boekverluchting van die tijd volkomen nieuw, maar had voorlopers in de Noord-Franse paneelschilderkunst, waarbinnen vooral te Parijs de tendens tot groter naturalisme was versneld door Italiaanse invloeden.

Parijs, Bibliothèque Nationale, ms fr. 1586, f. 51r: dansers voor het kasteel van Dame Esperance

De handschriften die door de Meester van de Remède de la Fortune werden verlucht vallen binnen een zeer kort tijdsbestek, hetgeen doet vermoeden dat hij slechts kort actief is geweest, korter misschien nog dan Jean Pucelle. Het lot heeft gewild dat hij, in tegenstelling tot Pucelle, zelfs geen leerlingen van zijn eigen niveau heeft kunnen opleiden. Desondanks werden de sfeer en de stijl die hij in de Parijse boekverluchting binnenbracht, weldra nagevolgd door een aantal kunstenaars, waaronder de Meester aux Boqueteaux.

Catalogus

Londen, Victoria and Albert Museum

Ms 1346-1891 Missaal van Saint-Denis, Parijs ca 1350-1351

literatuur:

  • Avril 1978, p. 36, nrs. 21-22
  • Parijs 1981, nr. 273
  • Sterling 1987, nr. 23

Parijs, Bibliothèque Nationale

Ms fr 167 Bible moralisée van Jan de Goede, Parijs, ca 1349-1352 verluchting door Meester van de Remède de la fortune (hand N volgens Avril 1972): f. 285v, 290; en 14 andere verluchters (handen A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K, L (zie onder Meester L van de Bible moralisée van Jan de Goede, ms. fr. 167 Parijs, Bibliothèque nationale), M en O volgens Avril 1972), mogelijk onder leiding van de verluchter of uitgever Jean de Montmartre; zie ook aldaar

literatuur:

  • Durrieu 1895 (2), p. 103, 114-122, 130
  • Laborde 1911-1925, p. 93-102
  • Parijs 1955, nr. 147
  • Avril 1972
  • Avril 1978, p. 36, nrs. 19-20
  • Sterling 1987, nr. 22
  • Lowden 2000, I, p. 221-250
  • Rouse & Rouse 2000, vol. II, p. 78
Parijs, Bibliothèque Nationale, ms fr 167, f. 285v : taferelen uit het leven van Paulus

Ms fr 1586 Guillaume de Machaut, Remède de la Fortune-Dit du Lion, Parijs ca 1350-1355 verluchting door Meester van de Remède de la Fortune, met assistentie van de Meester van het Livre du Sacre de Charles V

literatuur:

  • Avril 1978, p. 24-25, 36, nrs. 23-26
  • Parijs 1981, nr. 271
  • Sterling 1987, nr. 24
  • Smeyers 1998, p. 179, 180
  • Walther 2001, p. 220-221
  • Art de l’enluminure 2022, nr. 80, p. 12

Literatuur

  1. Durrieu 1895 (2), p. 103, 114-122, 130
  2. Laborde 1911-1925, p. 93-102
  3. Parijs 1955, nr. 147
  4. Parijs 1968 (1), nr. 165
  5. Avril 1972
  6. Avril 1978, p. 24-25, 36, nrs. 19-20, 21-22, 23-26
  7. Parijs 1981, nrs. 271, 273
  8. Sterling 1987, nrs. 22, 23, 24
  9. Smeyers 1998, p. 179, 180
  10. Lowden 2000, I, p. 221-250
  11. Rouse & Rouse 2000, vol. II, p. 78
  12. Walther 2001, p. 220-221
  13. Art de l’enluminure 2022, nr. 80, p. 12